Vier jonge mensen die op een rij ​​naast elkaar staan, hun armen om elkaars schouders. Ze staan ​​met hun rug naar de camera, in een gras- of graanveld, schijnbaar naar de horizon kijkend. Op de achtergrond zien we een bos en een blauwe lucht, zonder wolken.
|

Hebben trans tieners recht op hun lichaam?

In dit artikel vraagt Riki Wilchins aandacht voor een specifieke groep trans tieners: degenen die geen medische behandeling kunnen krijgen, omdat hun ouders dit weigeren. Hoewel dit artikel over de situatie in de VS gaat, worden ook in Nederland steeds vaker zorgen geuit over hormonale behandeling bij transgender tieners. Daarom publiceert Principle 17 hieronder een uitgebreide samenvatting van Wilchins artikel. (Klik hier voor het volledige artikel met links.) Wilchins is een van de grondleggers van het transgender politieke activisme in de jaren negentig, en een van de eerste theoretici en kroniekschrijvers ervan.

Volgens onderzoek van Komodo Health, zoals Reuters rapporteert, zijn tussen 2017 en 2022 minstens 4.780 adolescenten begonnen met puberteitremmers en nog eens 14.726 begonnen met een hormoonbehandeling. Dat zijn ongeveer 20.000 kinderen[i].

Komodo Health ontdekte dat in dezelfde periode ten minste 121.882 kinderen van 6 tot 17 jaar de diagnose genderdysforie kregen. Omdat hormonen pas voorgeschreven worden in de puberteit, rond de leeftijd van 10 of 11 jaar, komt ongeveer de helft niet in aanmerking voor enige vorm van medische zorg.

Wat gebeurt er dus met de andere 50.000 trans* jongeren, die geen behandeling krijgen?

Sommigen zijn er misschien nog niet klaar voor. Sommigen wensen geen medische transitie. Weer anderen hebben mogelijk complicerende medische problemen. En velen komen uit gezinnen die niet verzekerd zijn, en kunnen zich simpelweg geen zorg veroorloven.

Maar het is aannemelijk dat velen geen genderbevestigende zorg krijgen, simpelweg omdat hun ouders dat niet toestaan. Zelfs in gevallen waar hun arts het heeft aangeraden. Waarom praten we dan niet over deze jongeren? Waarom beperken we ons grotendeels tot het krachtig verdedigen van de rechten van trans jongeren op genderbevestigende zorg – maar alleen als hun ouders hun dat toestaan?

Ik heb nu letterlijk tientallen nieuwe artikelen, blogposts, verklaringen, PR-verklaringen en medische artikelen gelezen, waarin geduldig bevestigende zorg voor trans* tieners en de noodzaak daarvan wordt uitgelegd. Geen enkele roept echter op om genderbevestigende zorg te erkennen als een fundamenteel mensenrecht van trans* jongeren.

Bovendien oppert geen enkele ook maar enige straf voor ouders die opzettelijk en willens en wetens genderbevestigende zorg onthouden, tegen medisch advies in. En geen enkele benoemt het dwingen van jongeren om wat ik (bij gebrek aan een betere term) Onvrijwillige Natuurlijke Hormoonvergiftiging noem, te ondergaan als kindermishandeling. Een term die rechts steeds vaker gebruikt om het verlenen van dergelijke zorg te beschrijven.

Als een ouder hun kind elke dag hormonen zou geven, zodat een zoon borsten zou ontwikkelen of een dochter een baard en borsthaar zou krijgen, dan zouden we dit uiteraard afdoen als ‘kindermishandeling’. Maar als die ouder gewoon opzij stapt en hetzelfde trauma laat gebeuren, omdat het eigen lichaam van hun tienerkind dat het kind aandoet, dan lijken we weinig te zeggen te hebben. Zelfs niet als die zoon of dochter letterlijk schreeuwt om medische zorg en de eigen artsen dat adviseren.

Ik heb het hier niet over kinderen die gender non-conform gedrag vertonen, een ander geslacht spelen of die luid ‘wensen’ dat ze een ander geslacht hebben. Ik heb het over jongeren die consequent en volhardend hun ware geslacht bevestigen.

De Federal Child Abuse Prevention and Treatment Act definieert kindermisbruik en -verwaarlozing als elke “handeling of het nalaten van handeling door een ouder of verzorger, die resulteert in de dood, ernstige fysieke of emotionele letsel…”. Op dezelfde manier definieert de American Academia of Pediatrics het als “het geen acht slaan op duidelijke tekenen van een ernstige ziekte of het niet opvolgen van de instructies van de arts…”

Beide passen precies bij wat er gebeurt met trans* jongeren, wanneer hun gevraagde en geadviseerde medische zorg wordt onthouden, en zij het trauma moeten ondergaan van wat een deskundige een “natuurramp” noemde. Het feit dat we de wond niet kunnen zien, betekent niet dat psychologische schade minder schadelijk is dan fysieke schade.

De morele situatie is minder duidelijk in die gevallen waarin ouders simpelweg te weinig informatie hebben, uit religieuze overtuiging handelen of anderszins geloven dat ze in het belang van hun kind handelen. Maar zelfs in gevallen waarin ouders het goed bedoelen maar enorme schade aanrichten, zouden we zo vaak en zo publiekelijk mogelijk moeten beginnen te verklaren: als het gaat om hun genderidentiteit en de fysieke veranderingen die de puberteit met zich meebrengt, hebben transgender jongeren een inherent en onvervreemdbaar recht op hun eigen lichaam.

Deze stille epidemie van het ontzeggen van genderbevestigende zorg zal het toch al catastrofale aantal zelfdodingen onder trans tieners verder doen toenemen. Zelfdoding is nu al de tweede belangrijkste doodsoorzaak onder adolescenten, en waarschijnlijk de belangrijkste doodsoorzaak onder transgender tieners.

Volgens hetzelfde Komodo-onderzoek is het aantal kinderen met de diagnose genderdysforie tussen 2020 en 2021 gestegen van 25.000 naar 42.000 (een stijging van 70%). En dit telt alleen het aantal met diagnose, niet degenen die niet naar een specialist konden gaan of dat niet deden. Het is redelijk om aan te nemen dat het aantal dat zorg wordt ontzegd, ook met minstens 70% is gestegen.

Dus wat kunnen we redelijkerwijs verwachten dat er gaat gebeuren met het aantal zelfdodingen onder transgender tieners?

Dit is een tijdbom voor de geestelijke gezondheidszorg die op het punt staat af te gaan. En erover zwijgen helpt alleen maar de lont aansteken. Ik ben me bewust dat staatsrechtbanken minderjarigen nog niet hun eigen zorg laten bepalen, behalve in zeer specifieke omstandigheden. En ik besef ook dat rechtbanken terughoudend zijn om het vermogen van ouders in twijfel te trekken, als het gaat om de opvoeding van kinderen in het algemeen en medische beslissingen in het bijzonder. Maar dat is waar de rechtbanken vandaag de dag staan.

Het is bemoedigend dat er sinds 2019 een stille stroom artikelen is verschenen, die redenen aanvoeren om dit beleid te veranderen. Veel daarvan zijn gebaseerd op het meesterlijke artikel van filosoof Maura Priest uit 2019, dat gepubliceerd is in het American Journal of Bioethics: Transgender Children and the Right to Transition: Medical Ethics when Parents Mean Well but Cause Harm (“Transgender jongeren en het recht op transitie: medische ethiek warnneer ouders het goed bedoelen, maar schade doen”).

En al in 2017, in het zeer rechtse Cincinnati, Ohio, stond een rechter een 17-jarige toe om in transitie te gaan. Zelfs rechtse media als The Federalist erkenden destijds dat dit “een voorbode is van de waarschijnlijke toekomst waarin minderjarigen onder de staatswetten het recht zullen krijgen om over hun eigen genderidentiteitsbehandelingen te beslissen…”

Dergelijke uitspraken gaan tenminste in op het argument dat we zouden moeten aanvoeren. Zodat op een dag genderbevestigende zorg en ouderschap zullen worden erkend als een fundamenteel mensenrecht voor ELKE trans* jongere – en niet alleen voor degenen die slim genoeg zijn om de juiste ouders te kiezen.

[i] Komodo merkt zelf op dat dit waarschijnlijk een onderschatting is, omdat kinderen die niet verzekerd waren of geen diagnose genderdysforie hadden, buiten beschouwing zijn gelaten.

Vergelijkbare berichten

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *