Principle 17 maakt zich grote zorgen over de huidige misstanden in de transgenderzorg. Daarom zijn we via Petities.nl de petitie “Uitbreiding in plaats van inkrimping transgenderzorg!” gestart. Hieronder leest u de uitgebreide versie van de petitie, met een nadere toelichting bij alle genoemde punten. Lees eventueel ook onze antwoorden op de meest gestelde vragen (zie FAQ).
Klik hier om de petitie te ondertekenen.
Ondergetekenden constateren:
- Onacceptabel lange wachttijden in de transgenderzorg: Al jarenlang bestaat er een chronisch capaciteitstekort in de transgenderzorg, met lange wachtlijsten en een totale vertraging van twee jaar (of meer) tussen aanmelding en medische behandeling tot gevolg (aldus Stichting Patiëntenorganisatie Transvisie, d.d. 9 juni 2016).
- Onnodig verleende zorg in de transgenderzorg: Transgender mensen worden onnodig gepathologiseerd en gemedicaliseerd. Er gelden verplichte psychologische consulten voor somatische zorg. Dit is in strijd met de mensenrechten zoals vastgelegd in Yogyakarta Beginsel 18.
- Onnodige dure zorg in de transgenderzorg: De genderteams werken volgens een one size fits all-protocol met vaste onderdelen. Transgender patiënten krijgen hierdoor medische behandelingen opgelegd, die velen vaak niet eens willen ondergaan.
- Sluiting van klinieken voor transgenderzorg: Dr. Kanhai bij de Noordwest Ziekenhuisgroep zijn unieke werk moet neerleggen, omdat het “te kwetsbaar” zou zijn dat hij de enige chirurg is die deze specialistische operaties kan uitvoeren (aldus de Noordwest Ziekenhuisgroep). Dr. Kanhai doet deze ingrepen al jaren en dat was tot voor kort nooit een probleem. De genderpoli van Curium-LUMC sluit, omdat het behandelend team “te klein” zou zijn (aldus Curium-LUMC d.d. 10 januari 2017).
- Monopolisering van de transgenderzorg: Gevolg is dat het Kennis- en Zorgcentrum voor Genderdysforie van het VUmc in Amsterdam en het UMCG in Groningen een monopolipositie verwerft, waardoor transgender mensen in de praktijk hun recht op vrije keus van behandelaar niet kunnen consumeren.
en zijn bezorgd over de zoveelste beperking van transgenderzorg in Nederland en eisen daarom het volgende:
- Uitbreiding van de zorg aan transgender mensen: Als de huidige situatie iets aantoont, dan is het dat er dringend en langdurige grote behoefte is aan uitbreiding van transgenderzorg. Om de zorg op langere termijn te kunnen garanderen is er nood aan investering in banen én opleidingen. In 2014 hebben zorgverzekeraars heropening van het KZcG van het VUmc voor nieuwe zorgvragers mogelijk gemaakt (aldus het VUmc d.d. 23 mei 2014). Ook in de jaren daarvoor waren er al structurele problemen met de wachtlijsten. Nu is de toegang opnieuw dichtgeslibd: de wachttijden zijn op alle onderdelen ver voorbij de standaardnormen van 6 tot 8 weken (zie de Treeknormen). De oplossing ligt niet in verdere concentratie en monopolisering, maar juist in decentralisatie van de zorg, zoals het gevoerde beleid van de afgelopen jaren duidelijk aantoont.
- Vrije keuze van behandelaar: Elke patiënt in Nederland heeft het recht de eigen behandelaar te kiezen. Dit moet ook voor transgender patiënten gelden. Transgenderzorg is gewone zorg. Het voorschrijven en monitoren van hormoonverstrekking is een eenvoudige medische handeling, die elke bekwame (huis)arts kan uitvoeren. Ook voor transgender zorgvragers moet dit dus gewoon een mogelijkheid zijn. In bijzondere gevallen kan doorverwezen worden naar een specialist, zoals dat ook bij andere zorgvragers gebeurt. De Standards Of Care, de internationaal erkende richtlijnen voor transgenderzorg staan deze handelswijze dan ook nadrukkelijk toe.
- Decentralisatie van transgenderzorg: Transgenderzorg is grotendeels hele gewone zorg en kan dus gewoon door lokale behandelaars geboden worden (zoals verstrekking van hormonen). Uitsluitend bepaalde operatieve ingrepen vragen om specifieke kennis en vaardigheden. Omdat transgenderzorg gewone zorg is, kan deze zorg eenvoudig gedecentraliseerd worden, zodat het makkelijker bereikbaar wordt voor mensen die deze zorg nodig hebben. Met decentraliseren van de transgenderzorg, in combinatie met het opleiden van geïnteresseerde medici, kan het huidige capaciteitstekort eenvoudig en in relatief korte tijd ingelopen worden.
- Invoering van het principe van informed consent: Een behandelaar informeert de transgender patiënt over voor- en nadelen en gevolgen van mogelijke behandelingen, zodat deze zelf in afstemming met de arts een overwogen besluit kan nemen. Afschaffing van de verplichte psychologische consulten. Alle somatische zorg wordt geregeld zonder psycholoog of psychiater als poortwachter, met als grote uitzondering de zorg aan transgender mensen. Zij zouden “speciaal” zijn, maar niemand kan uitleggen wat er nou zo speciaal zou zijn aan transgenderzorg. Deze praktijk is in strijd met de mensenrechten zoals vastgelegd in Yogyakarta Beginsel 18.
- Invoering culturele competentietraining in (para)medische curricula: Opleidingen moeten aandacht besteden aan omgaan met transgender mensen, want het gaat om ca. 4% van de bevolking. Dit leidt tot geïnformeerde zorgprofessionals, zodat onjuiste diagnoses en verkeerde behandelingen tot het verleden behoren. In opleidingen wordt zo goed als geen aandacht besteed aan het omgaan met transgender mensen, terwijl ze zo’n 4% van de bevolking vormen. Op deze manier blijft de kenniskloof en het gebrek aan inzicht bij (para)medische professionals bestaan, met als gevolg discriminatie door onkunde, onjuiste diagnoses, onnodige of verkeerde behandelingen, zorgweigering, etc.